Ligging
Leiden - Hoge Rijndijk 316-318
Geschiedenis
De buitenplaats werd vroeger aangeduid als 'het tweede huis voorbij het Leiderdorper Hek aan de Hoge Rijndijk'. Servaas (van der) Bogaard kocht in 1695 'een hofstede met poting en planting'.
In 1730 werd de hofstede, vermoedelijk door Mathias Franken, verbouwd tot een buitenplaats.
Jan Tak, doopsgezinde arts en kunstverzamelaar, liet de buitenplaats in 1759 volledig verbouwen. Hij was ook in het bezit van de buitenplaats Bloemlust, dat zijn vrouw Maria Magdalena Boogaard van haar vader had geërfd. Na het overlijden van zijn vrouw trouwde Jan Tak met Maria Suzanna Barnaert, die na het overlijden van Jan Tak in 1780, Jan Markon huwde.
Na het overlijden van Maria in 1799 verkochten haar erfgenamen de buitenplaats. Uit de verkoopakte blijkt dat de buitenplaats inmiddels ook over een overtuin aan de andere zijde van de Hoge Rijndijk beschikte. In 1803 wordt het huis verkocht, waarna in 1815 huis en inboedel in het openbaar worden geveild. Daar bewoonden verschillende families het huis.
Het heeft een driezijdige uitgebouwde gevelpartij in Lodewijk XV-vormen aan de rivierzijde. Een 19e eeuwse koetshuis is tegen het huis aangebouwd. De doorgang in de tuinmuur aan de straatzijde wordt geflankeerd door hekpalen. De oorspronkelijke overtuin aan de overzijde van de Hoge Rijndijk is verdwenen.
Bewoners
- 1695 - Servaas van der Bogaard
- 1730 - Mathias Franken
- - 1780 Jan Tak x Maria Magdalena Boogaard / Maria Suzanna Barnaert
- 1780 - 1799 Maria Suzanna Barnaert x Jan Markon
Huidige doeleinden
- Particuliere bewoning
Opengesteld
- Niet toegankelijk
Bronverwijzing
- Monumenten in Nederland - Zuid-Holland
- Kastelen en buitenplaatsen in Zuid-Holland
- De Leidse Lustwarande. Geschiedenis van de tuinkunst op kastelen en buitenplaatsen rond Leiden, 1600 - 1800.
