Ligging
Breda - Ulvenhoutselaan 83
Geschiedenis
Eduard Guljé legde op 30 april 1842 de eerste steen voor het buitengoedje van zijn ouders aan de oostzijde van de Ulvenhoutselaan. Zijn vader, Norbert R.H. Guljé, behoorde tot de elite van die tijd. Hij was tijdens de bouw van zijn huis controleur van de directe belastingen. Van 1849 tot 1851 leidde hij de bedijking van de een polder op Zuid-Beveland. Daarna stichtte hij een zeepziederij en oliemolen in Breda. Achtereenvolgens was hij lid van de gemeenteraad van Breda, lid van de Provinciale Staten en lid van de Tweede Kamer. Hij woonde in een van de grote herenhuizen in de Nieuwstraat in Breda. Zijn huis in Ginneken gebruikte hij alleen als zomerverblijf. Het huis was omgeven door een boomgaard die in 1860 in de kadastrale leggers wordt aangeduid als “tuin tot vermaak”.
Bewoners
- 1842 - Norbert R.H. Guljé
Huidige doeleinden
- Particuliere bewoning
Opengesteld
- Niet toegankelijk
Bronverwijzing
- G. Otten - "Het Villalandschap rond het Markdal te Ginneken, 1840 - 1940" - Jaarboek De Oranjeboom 54 (2001) - pag. 270-271