Buitenplaats Nienhof

Ligging

Bunnik - Grotelaan 12-14-14a-16

Ligging

(Niënhof)

Geschiedenis

Al in de 15e eeuw werd het al genoemd als hofgoed van de bisschop van Utrecht. Het besloeg een oppervlak van 57 morgen, grotendeels onder Bunnik, maar ook voor een deel onder Cattenbroeck. Omstreeks 1580 behoorde het tot de goederen van de Sint Laurensabdij.

In 1680 is er al sprake van een aankoop van een hofstede met zijn "huisinge, bergen, bakhuis en verder getimmerte". Er is sprake bij de verkoopakte van een hofstede en niet van een herenhuis. De mogelijkheid bestaat dat het herenhuis door de Fransen in 1672 is verwoest of dat er geen herenhuis gestaan heeft. Er was geen geld voor reparatie en een landgoed zonder boerderij was in die tijd van ontwrichting minder lucratief te verpachten. De Staten moesten enkele jaren later tot verkoop besluiten.

In die tijd werd door de Stadhouder Willem III besloten om Johan Pesters (1620-1703) te benoemen tot (onofficieel) toezichthouder op de stad Utrecht. Hij kocht het landgoed in 1674 van de Staten van Holland voor 11.000 gulden. Hij mocht zich voortaan Heer van Cattenbroeck noemen. Uit de muurijzers van de boerderij weten we dat Pesters' eerste daad het herbouwen van de boerderij was. De muurijzers vormen het jaartal 1681.

Er is pas sprake van een herenhuis in 1738 zodat aangenomen mag worden dat het herenhuis (Grotelaan 12) tussen 1680 en 1738 gebouwd moet zijn. In het jaar 1685 werd in de lijst van te betalen logiesgelden onder de paragraaf nieuw gebouwde huizen melding gemaakt van een heer Pesters. In datzelfde jaar treed Willem Pesters (1655-1735) in het huwelijk met Hester Heldewier. Het is mogelijk dat hij het huis in 1685 heeft laten bouwen.

Bij het herenhuis werd in de loop van de 18e eeuw een tuin in formele stijl aangelegd met rechte lanen, vijverkom, doolhof en theekoepel. Deze theekoepel stond aan de Kromme Rijn. In 1773 is de buitenplaats eigendom van Jan de Pesters. Deze koopt in dat jaar ook het huis Cammingha. Hij trouwt in 1747 met jkvr. Adriana Godin. Jan Pesters overlijdt in 1795. Zijn zoon Willem Nicolaas (1754-1831) erft het landgoed. Hij trouwt in 1808 met Carolina Jacqueline de Jacoby (1769-1844). Na hun overlijden komt het bezit in handen van hun oudste zoon mr. Jan Everard Pesters van Cattenbroeck (1802-1879). Hij trouwde in 1828 met jkvr. Jacoba Margaretha van Hengts (1809-1875). Hij laat de naam Pesters in 1853/54 wijzigingen in De Pesters.

Het park werd in de loop van de 19e eeuw gewijzigd in een meer landschappelijke stijl. Architect Albert Nijland maakt in 1878 in opdracht van Jan Everard de Pesters ontwerpen voor een nieuw herenhuis. Helaas overlijd Jan Everard in 1878. Het bezit komt in eigendom van jhr mr Willem Nicolaas de Pesters van Cattenbroeck (1830-1882). Uit zijn eerste huwelijk met Coenradina Carolinea Theodora barones van Boetzelaar werd een dochter geboren, Na haar geboorte overleed enkele weken later Theodora. Hij hertrouwde daarna met Theodora Coenradina Elsabé van Lynden (1839-1912). Willem Nicolaas woonde met zijn dochter en tweede vrouw slechts drie jaar op de buitenplaats. De nieuwbouw plannen lagen nog in de bureaula.

In 1882 laat hij de buitenplaats na aan zijn dochter Coenradina Carolina Theodora de Pesters (1865-1923). Er staat dan nog geen nieuw herenhuis. Zij trouwt in 1885 met Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek, burgemeester van Bunnik. Op 7 juni 1892 werd door baron van Hardenbroek de bouw van het nieuwe huis op een reeds bestaande fundering aanbesteed. In 1894 is het voltooid en werd door L.A. Springer een ontwerp gemaakt voor de tuin in Engelse landschapsstijl met slingervijver, slingerlaantjes en verspreid staande boomgroepen. Het oude herenhuis werd gedeeltelijk gesloopt en als koetsierswoning ingericht.

Van Hardenbroek laat in 1908 een portierswoning (Grotelaan 8) bouwen. Het nieuwe , zeer grote herenhuis, is maar korte tijd bewoond geweest. In 1923 is zijn vrouw verongelukt en baron van Hardenbroek trekt zich terug in Driebergen. Al zijn bezittingen in Bunnik werden verkocht aan mr. Frans Jan Hendrik de Wetstein Pfister, afkomstig van Heidestein in Driebergen.

Het huis vond men echter te somber. Na het overlijden van de heer De Wetstein-Pfister laat zijn dochter in 1929 op advies van de rentmeester het nieuwe herenhuis weer slopen. Men had geen koper kunnen vinden en er moest jaarlijks een hoge belasting voor worden betaald. Van het vrijgekomen bouwmateriaal zijn in het dorp Bunnik een groot aantal huizen gebouwd. In 1986 zijn het 19e eeuwse koetshuis en een stal die bij het oude herenhuis stonden gesloopt, om plaats te maken voor een aantal garages en een uitbreiding van het oude herenhuis.

Bewoners

  • 1674 - Johan Pesters
  • - Willem Pesters x Hester Heldewier
  • 1773 - 1795 Jan Pesters x Adriana Godin
  • 1795 - Willem Nicolaas Pesters x Carolina Jacqueline de Jacoby
  • 1844 - 1879 Jan Everard (de) Pesters van Cattenbroeck x Jacoba Margaretha van Hengst
  • 1879 - 1882 Willem Nicolaas de Pesters x Coenradina Carolina Theodora barones van Boetzelaar x Theodora Coenradina Elsabé van Lynden.
  • 1882 - 1923 Coenradina Caroline Theodora de Pesters x Gijsbert Carel Duco Reinout baron van Hardenbroek
  • 1923 - mr. Frans Hendrik de Wetstein Pfister
  • - Het Utrechtse Landschap

Huidige doeleinden

  • Particuliere bewoning

Opengesteld

  • Het huis is niet toegankelijk
  • Het landgoed is vrij toegankelijk

Bronverwijzing

  • Bunnik. Geschiedenis en architectuur.
  • Seijst maart 1987 - pag 80-94 "De Pesters een de Niënhof" door drs Henk Reinders

Foto's © Albert Speelman 2023

@