Ligging
Haarlem
Geschiedenis
Op 25 augustus 1643 kocht Clara Hortensius een ‘schoone plaijsante hofstede, wek versien van veelderhande weldragende boomen, rontsomme met een schoone mantelinge van abelen, olmen en andere boomen. Met een welbetimmert huys en boerewoning, mitsgaders een groote stolp, dorsvloer en stalling, met 663 roeden land’ voor ƒ 6.900,00 van Pieter Bon, brouwer in ’t Beantijser te Haarlem. Zij hertrouwde met Fije Tjarcx Heydema, burgemeester van Leeuwarden. Op 10 juni 1650 verkocht zij Westermeer aan Gerrit IJsbrantsz., koopman te Amsterdam.
Blijkbaar ging de koop niet door, want toen Clara overleed behoorde Westermeer nog tot haar nalatenschap. Haar erfgenamen verkochten de hofstede voor ƒ 5.670,00 aan Isaack Delmonte, koopman te Amsterdam. Nog geen zeven jaar de aankoop werd het door de curator voor ƒ 4.750,00 verkocht aan Burchart van Aswede te Amsterdam. Zijn weduwe verkocht het op 3 februari 1684 aan Jan Nuijts.
Na het overlijden van Jan Nuijts verkoopt zijn weduwe Westermeer voor ƒ 4.200,00 aan Daniël Fruijt te Amsterdam.
Jacob Fruijt is de bouwer van het herenhuis en ook de ‘stallingen, koetshuis, thuynmanswoning, speelhuis, voliere, hoender- en duivenhokken, vinkenhuysen, schuytenhuys’ zijn vermoedelijk door Jacob gebouwd. Zijn erfgenamen verkochten het voor ƒ 9.200,00 aan Dirk Daam te Amsterdam. Bij de koop was ook inbegrepen een huisje en schuur genaamd het Ruijpenest, dat aan de overzijde van de weg lag en zich uitstrekte tot de Berglaan.
De erfgenamen van de weduwe van Dirk Daam verkochten op 12 oktober 1759 voor ƒ 10.525,00 Westermeer aan Robbert Makreel, die het op 19 mei 1762 voor ƒ 8.200,00 verkocht aan Pieter de Neufville. Hij vestigde er een zilverraffinaderij in. Hij ging echter failliet en zijn bezittingen werden door de curatoren verkocht. De failliete koopman kocht Westermeer uit zijn eigen boedel voor ƒ 7.450,00 weer terug. Op 30 augustus 1775 verkocht hij zijn bezitting voor ƒ 15.475,00 aan Regina Martens, weduwe van Jan Elias Buys, schepen van Amsterdam.
Na haar overlijden werd het buiten op 4 november 1786 verkocht voor ƒ 17.025,00 aan Frederik Lodewijk Braunsberg (1745-1815). Hij verkocht het op 5 november 1798 aan Jean Jacob Faesch te Amsterdam.
Een gedeelte van de voormalige buitenplaats is in gebruik als begraafplaats Westermeer.
Bewoners
- - 1643 Pieter Bon
- 1643 – Clara Hortensius x Fije Tjarcx Heydema
- – erfgenamen Clara Hortensius
- - Isaack Delmonte
- - 1684 Burchart van Aswede
- 1684 – Jan Nuijts
- - Daniël Fruijt
- - Jacob Fruijt
- - 1759 Dirk Daam
- 1759 – 1762 Robbert Makreel
- 1762 – 1775 Pieter de Neufville
- 1775 – 1786 Regina Martens
- 1786 – 1798 Frederik Lodewijk Braunsberg
- 1798 – Jean Jacob Faesch
Huidige doeleinden
- Verdwenen
- Begraafplaats Westermeer
Bronverwijzing
- Groesbeek, J.W. - Heemstede in de historie - 1972 - pag 65