Landgoed De Paltz

Ligging

Soest - Landgoed De Paltz 1-2

Geschiedenis

Andries de Wilde (1781 - 1865) kocht op 18 december 1823 voor ƒ 24.800,-- het landgoed Pijnenburg. Hierbij hoorden ook enkele percelen in het gebied De Paltz in Soesterberg. Van de heer Van Bern kocht hij op 11 november 1836 nog enkele stukken grond in dit gebied. De heer De Wilde liet op 15 juni 1860 zijn landgoed veilen. Hij ging zelf wonen op het zuidelijke deel van Pijnenburg. Het deel ten noorden van de Biltseweg werd gekocht door mr. Herman Albert Insinger (1827 - 1911) en de goederen van De Paltz werd gekocht voor ƒ 8.950,-- door jhr. mr. Jacob Philip Albert Leonard Ram (1826 - 1890), burgemeester van Breukelen.

Hij liet op zijn grond het landgoed De Paltz aanleggen. De reeds aanwezige boerderij werd na in een brand in 1861 herbouwd. Daarna volgde in 1863 de bouw van drie arbeiderswoningen. In 1867 werd het herenhuis gebouwd en daarna begon men met de aanleg van het park, vermoedelijk naar ontwerp van de tuinarchitect en boomkweker Hendrik Copijn (1842 - 1923).

Nadat jhr. Ram onder curatele werd gesteld, werd op 5 juli 1872 het landgoed geveild. Het werd voor ƒ 25.000,-- eigendom van jhr. Louis Rutgers van Rozenburg (1826 - 1908), assuradeur te Amsterdam. In 1874, 1882 en 1897 kocht hij van de gemeente enkele stukken grond. Hij gebruikte het eerst als buitenverblijf, maar later vestigde hij zich met zijn gezin permanent in 1880 op het landgoed. Hij laat in 1876 het landgoed door de tuinarchitect Leonard A. Springer (1855 - 1940) opnieuw aanleggen.

Na de dood van Louis Rutgers van Rozenburg in 1908 vestigde zijn oudste zoon David Louis zich op het landgoed. Na zijn verhuizing in 1922 naar Utrecht werd het landgoed verkocht aan de gebroeders Van der Krol. Deze houthandelaren, die het 110 hectare landgoed nooit hebben bewoond, kapten grote delen van de bebossing en vervingen deze door productiebossen ten behoeve van de mijnbouw. De gebouwen werden verhuurd, het hoofdgebouw aan een Evangelische Stichting die het als opvanghuis gebruikte. In de 20ste eeuw worden delen van het landgoed gebruikt als zandafgraving. Tevens wordt er 70 hectare verkocht aan de Nederlandse Staat ten behoeve van de defensie, dit gedeelte werd aan de vliegbasis Soesterberg toegevoegd.

Het landgoed werd in 1984 gekocht door E.S. Raatjes. Het koetshuis wordt gerenoveerd en er werd een begin gemaakt met de restauratie van het landschapspark.

In 2007 werd het gekocht door de provincie Utrecht en werd een begin gemaakt met de restauratie van het landschapspark, in het kader van het programma “Hart van de Heuvelrug”.

De huidige oppervlakte van het landgoed beslaat nu nog zo'n 77 hectare.

Op 1 juli 2011 is het landgoed in eigendom en beheer van Het Utrechts Landschap. En sinds 2014 is het gedeeltelijk toegankelijk voor het publiek.

Bewoners

  • 1860 - 1872 jhr. mr. Jacob Philip Albert Leonard Ram
  • 1872 - 1908 jhr. Louis Rutgers van Rozenburg
  • 1908 - 1922 David Louis van Rozenburg
  • 1922 – 1984 gebroeders Van der Krol
  • 1984 – 2007 E.S. Raatjes
  • 2007  - 2011 Provincie Utrecht
  • 2011 – Utrechts Landschap
  •  

Huidige doeleinden

  • Conferentiecentrum

Opengesteld

  • Het landgoed is alleen toegankelijk op de aangegeven paden. Voor het overige niet toegankelijk.
  • Website Utrechts Landschap

Bronverwijzing

  • Soest, geschiedenis en architectuur.
  • Website Wikipedia

Foto's © Albert Speelman 2024

@