Ligging
Voorburg -
Geschiedenis
In 1666 was Lenaert Adriaenz. Van Oosterwijck eigenaar van de buitenplaats. Cornelis Ouwendijck wordt in 1710 als bewoner vermeld. Na het overlijden van Cornelis, verkoopt zijn zoon de buitenplaats aan Barent Driesz in 1720. Alida en Geertruij Jonkbloet zijn in 1721 eigenaresse. Zij kopen in 1730 een huisje erbij, dat later tot optrekje werd ingericht.
Later was weduwnaar Jansson (1734) en in 1765 Antoinette van Schuylenburgh, weduwe van de raadsheer mr. Willem Berent Buys, eigenaar. Zij kocht het huis van de erfgenamen van Johan Fredrik Grube voor ƒ 6800. De koopomschrijving was: “een buitenplaats en een kleiner huis of tuinkamer, koetshuis en tuin”.
Uit een beschrijving van 1767 blijkt dat het buitenhuis al voor 1766 was geamoveerd en afgebroken. Alleen een tuinkamer en keuken was blijven staan. De buitenplaats werd aan het naastgelegen Noordervliet toegevoegd.
Bewoners
- 1666 – Lenaert Adriaenz. Van Oosterwijck
- 1710 – 1713 Cornelis Ouwendijck
- 1720 – Barent Driesz
- 1721 – Alida en Geertrij Jonkbloet
- 1734 – Jansson
- - Johan Fredrik Grube
- - 1765 erfgenamen van Johan Fredrik Grube
- 1765 – Antoinette van Schuylenburgh
Huidige doeleinden
- Verdwenen
Bronverwijzing
- Die Haghe – A.W. de Vink, “Voorburgsche Buitenplaatsen”, 1903